Burger Partij Amersfoort ( BPA )

 

Interpellatie Vathorst Coffeeshop

 

Amersfoort 26 januari 2005.

 

Via een persbericht liet het college weten dat de coffeeshop die thans is gevestigd in de Pothstraat een tijdelijke vergunning krijgt aan de Bergenboulevard in Vathorst.

Dat door toepassing van een art 17 procedure.

Daarbij wordt aangevoerd dat van woningen aan die kant van de Bergenboulevard, vooralsnog, geen sprake is. En dat bovendien de shop op flinke afstand komt te staan van de bestaande winkels.

 

Dit, voorgenomen, besluit bevreemdt ons ten zeerste.

Vathorst presenteert zich als ‘een wereld van verschil’ met kenmerken die leefbaarheid als accent hebben.

Deze wijk in ontwikkeling kenmerkt zich door een grote mate van kwetsbaarheid. Nu eenmaal eigen aan een nieuwe wijk, die relatief ver af staat van Amersfoort, letterlijk en figuurlijk.

Betrokkenheid van de nieuwe bewoners bij Amersfoort, draagvlak voor nieuwe ontwikkelingen, verantwoordelijkheid voor de eigen omgeving en een grote mate van saamhorigheid zijn in dat licht zeer wenselijk.

Juist die criteria lijken bij de beslissing van B&W geen rol te hebben gespeeld.

 

De regels voor het gedogen van een coffeeshop hebben als kern het vermijden van onnodige overlast voor zowel de directe bewonersomgeving als de jeugd.

De plaats die wordt voorgestaan betekent onvermijdelijk ongewilde confrontatie tussen bezoekers en bewoners, zowel zij die er wonen als zij die er winkelen.

Bovendien is het Wellant College op loopafstand gelegen, ook al geen te verkiezen zaak.

 

Wij hebben begrip voor de moeilijke keuzen die het college in deze te maken heeft, maar kunnen een voorgenomen plaatsing van De Schommel aan de Bergenboulevard niet billijken en zijn dan ook benieuwd naar het antwoord op de volgende vragen:

 

  1. Waarom is de raad niet vooraf, al of niet vertrouwelijk, geïnformeerd over het voorgenomen besluit en moet wederom via een persbericht de raad kennis nemen van het voorgenomen besluit?
  2. Wordt het toesturen van een persbericht gezien als actieve informatieverstrekking aan de raad?
  3. Als al niet naar de letter van de kaders rondom de vestiging van coffeeshops de vestiging op de Bergenboulevard vraagtekens oproept, is dat zeker het geval met de geest van die kaders. Waarom heeft de (Kadernotitie gerelateerde) begripsvorming rondom wonen, winkelen en de afstand tot scholen in deze voor het college niet geleid tot een negatieve conclusie?
  4. De bijzondere kwetsbaarheid van Vathorst als wijk in ontwikkeling vraagt om bijzondere aandacht. Hebben de genoemde criteria (betrokkenheid, saamhorigheid, verantwoordelijkheid en draagvlak) een rol gespeeld bij het nemen van het besluit door het college?
  5. Zal de vestiging van een coffeeshop in Vathorst wat het college betreft in positieve zin bijdragen aan het leefklimaat in Vathorst?
  6. Zal die vestiging, wat het college betreft,  in positieve zin bijdragen aan de beslissing van potentiële kopers/huurders om zich in Vathorst te vestigen?
  7. Door de bewoners(-vereniging) gewenste ontwikkelingen, zoals een weekmarkt, een breder (tijdelijk) winkelaanbod of frequenter en adequater openbaar vervoer kenmerken zich door onduidelijkheden, (bestuurlijke en ambtelijke) weerstand en trage besluitvorming. Kan het college zich voorstellen dat de (omstreden) vestiging van een coffeeshop geenszins bijdraagt aan het noodzakelijke draagvlak bij de bewoners voor verder gemeentelijk beleid?
  8. Niet zelden blijken coffeeshops, ondanks het goede voornemen van eigenaren, een trekpleister voor gebruikers buiten de directe omgeving. Dat zal in Vathorst ook zeker het geval zijn. Is dat voor het college een overweging geweest om rekening mee te houden?
  9. Coffeeshops zijn ook niet zelden, wederom ondanks het voornemen van de uitbater(s), een plaats waar ook harddrugs aanbieders zich ophouden plegen op te houden. Ongetwijfeld is gedacht aan toezichthoudende maatregelen om dit te voorkomen. Hoe had het college zich dat gedacht?
  10. Kan het college aangeven hoe bij dat toezicht de politie is betrokken?
  11. Welke voorwaarden gaat het college stellen aan de eigenaar van de coffeeshop voor de (tijdelijke) vestiging aan de Bergenboulevard?
  12. Op welke wijze wordt (aan bewoners en potentiële bewoners) kenbaar gemaakt dat het een tijdelijke vestiging betreft?

 

De BPA fractie